Arme mensen gaan gemiddeld zes jaar eerder dood en zijn vijftien jaar langer ziek dan rijkere landgenoten. ‘Dat moet anders. Hoe eerder je ingrijpt, hoe beter’, vindt de Nijmeegse huisarts, onderzoeker en bijzonder hoogleraar Maria van den Muijsenbergh. Maria van den Muijsenbergh is bevlogen. Als straatdokter behandelt ze daklozen en ze richtte een opvanghuis op voor dakloze migrantenvrouwen. Ze benadrukt: ‘Ieder mens telt!’ Al jaren houdt ze zich bezig met de gevolgen van armoede en het verkleinen van gezondheidsverschillen. Hoe lager je staat op de sociale ladder, hoe slechter de gezondheid en hoe beperkter de levensverwachting, weet ze. Wat zijn de oorzaken van die grote gezondheidsverschillen? ‘Die zijn complex. Heb je weinig opleiding, heb je een migratieachtergrond, ben je laaggeletterd? Dan doe je vaak zwaar en ongezond werk of heb je een uitkering. Je krijgt eerder te maken met ziekte, armoede, schulden, geweld, eenzaamheid en met discriminatie. Dat levert voortdurend stress op. Hierdoor hebben mensen meer kans op overgewicht, diabetes en hart- en vaatziekten. Juist voor hen is een gezonde leefstijl belangrijk, maar bij armoede en chronische stress is dat meestal moeilijk vol te houden. Zo zijn fruit en verse groenten duurder dan snacks en pizza’s. Ongezonde voeding is goedkoper en vaak minder bewerkelijk om klaar te maken.’ Geldzorgen zijn stressvol. Aan de andere kant: soms gaan mensen met weinig geld ook wel erg onverstandig om met geld. ‘Als je constant overbelast bent, kun je niet goed nadenken en zaken overzien. Daardoor neem je impulsieve of onhandige beslissingen. Je sluit bijvoorbeeld een lening af om schulden af te betalen, terwijl die lening op langere termijn nóg meer geldproblemen oplevert. Of je rookt tóch dat sigaretje, terwijl je weet dat het ongezond is. Armoede maakt ziek, waardoor je minder kans hebt op werk. Een uitzichtloze situatie zorgt ook voor depressie en andere psychische problemen. Chronische stress heeft dus een nadelige invloed op lichaam en geest. Dat begint al in de baarmoeder.’ Paspoort ▪ Maria van den Muijsenbergh is in 1956 geboren in Heerlen. In 1974 gaat ze geneeskunde studeren in Leiden. Zes jaar later studeert ze er cum laude af. Na een opleiding tot huisarts, begint ze in 1984 als huisarts in Leiden. Sinds 1996 werkt ze in Nijmegen, waar ze zich richt op sociaal kwetsbare groepen. ▪ In 2001 promoveert Van den Muijsenbergh aan de Universiteit Leiden op onderzoek naar palliatieve zorg door de huisarts. ▪ In 2006 ontvangt ze de Corrie Hermann Prijs (van de Vereniging van Nederlandse Vrouwelijke Artsen - VNVA) voor haar inzet om de positie van kwetsbare mensen te verbeteren. ▪ Ze werkt sinds 2007 bij Pharos, een landelijk expertisecentrum over gezondheidsverschillen, en is ze hoogleraar gezondheidsverschillen en persoonsgerichte integrale eerstelijnszorg bij de afdeling eerstelijnsgeneeskunde van het Radboudumc in Nijmegen. Verder werkt ze mee in Europese onderzoeksprojecten. In de baarmoeder al? Waardoor? ‘Door stress maakt een zwangere vrouw bepaalde hormonen aan die de ontwikkeling van haar ongeboren baby beïnvloeden. Vroeggeboorten en een te laag geboortegewicht komen vaker voor bij arme kinderen. Het kind van een moeder met chronische stress krijgt eerder suikerziekte, ADHD of astma. Dus Roderick, geboren in een villa in Wassenaar, leeft waarschijnlijk langer en gezonder dan Sky, uit een sociale huurwoning in de Nijmeegse wijk Hatert. Chronische stress en discriminatie kunnen zelfs leiden tot veranderingen in het dna, waardoor mensen eerder verouderen.’ Zorgt de coronacrisis voor meer armoede en stress? ‘Ja. Veel scharrelbaantjes zijn gesneuveld. Zo raakten werksters in één klap alle werkhuizen kwijt. Als je zwart werkt, kun je geen aanspraak maken op een regeling. Kinderen konden niet naar school en in een klein huis op elkaars lip zitten, levert spanningen op. Alles ging digitaal. Mensen met taalproblemen of weinig opleiding kunnen niet overweg met digitale formulieren. Ook kunnen ze hun kinderen niet helpen bij online huiswerk. Huisartsen en zorgverleners zijn gaan videobellen. Daklozen en ouderen kunnen daar weinig mee. Bovendien kun je dan als huisarts niet goed zien hoe iemand erbij zit, je mist informatie. Migranten zijn ongerust over hun familie in het land van herkomst. Ook daar is corona. Bovendien is de overheidsinformatie voor hen moeilijk te begrijpen, wat weer tot misverstanden leidt. Ik ken migranten die een prepaid telefoon hebben. Daarmee kun je geen 0800-nummers bellen. Bepaalde groepen krijgen dus minder toegang tot zorg en minder informatie.’ Hoe kun je stress en gezondheidsverschillen verminderen? ‘Door ons méér te richten op de sociale oorzaken van ongezondheid en stress en die bespreekbaar te maken. We moeten als arts en hulpverlener breder kijken: lichamelijke, psychische én sociale factoren meewegen en uitgaan van de patiënt of cliënt. De zorg- en hulpverlening kan toegankelijker. Geen ellenlange formulieren meer die mensen moeten invullen. We houden te weinig rekening met beperkte taalvaardigheid, beperkte opleiding of een beperkt denkvermogen doordat iemand is overbelast. Mensen schamen zich voor armoede en problemen, maar als je ernaar vraagt, vertellen ze erover. Geef iemand de tijd, vraag naar de situatie thuis, gebruik plaatjes bij taalproblemen of dementie. Lijdt een zwangere vrouw aan slapeloosheid? Vraag dan ook naar schulden en opvoedingsonzekerheid. Stuur haar, zo nodig, naar de schuldhulpverlening. Veel mensen in een achterstandssituatie denken negatief over zichzelf. Door onze manier van vragen, bevestigen we onbedoeld dat lage zelfbeeld: Gestopt met roken? Afgevallen? Meer gaan bewegen? Stel je voor dat je dat steeds met ‘nee’ moet beantwoorden! Kijk samen met iemand naar wat hij zélf wil veranderen. Zoek naar wat haalbaar is. En bemoedig! Benadruk wat goed gaat, waarop mensen trots kunnen zijn. En kom niet met standaardoplossingen. Ook belangrijk is dat we mensen blijven volgen. Nu raken ze na een interventie uit beeld en kloppen later weer aan met dezelfde problemen. Voor een blijvend resultaat moet je contact houden. Dat alles vereist een omslag in denken en werken van zorg- en hulpverleners en zorgverzekeraars. Uit onderzoek blijkt dat een dergelijke aanpak effect heeft. En het is op termijn nog goedkoper ook.’ Tekst: Claudia Fitsch. Dit artikel verscheen eerder in De Gelderlander. Foto: Rex Pickar via Unsplash.