Gebruik jij Duolingo om sterker te worden in Hoog-Valyrische zinnen als ‘Bantis zōbrie issa se ossȳngnoti lēdys’? Groet jij je partner dagelijks met frases uit het Dothraki zoals ‘Shekh ma shieraki anni’? Dan ben je bekend met het werk van David en Jessie Peterson. Deze twee Amerikaanse taalkundigen hebben inmiddels meer dan vijftig ‘constructed languages’ gemaakt voor grote tv- en filmproducties als Game of Thrones, Dune en Doctor Strange. Op 15 maart geven ze een lezing tijdens het InScience wetenschapsfilmfestival over hoe je zo'n eigen taal maakt. De Petersons worden gezien als dé taalkundigen als het gaat om zogenaamde ‘constructed languages', vaak afgekort tot ‘ConLang' en in het Nederlands ook wel kunsttaal genoemd. Tijdens de Big Ideas-lezing op InScience vertellen ze meer over de talen die ze zelf ontworpen en bedacht hebben, wat je leert over taal door nieuwe talen te bouwen, en hoe je zelf aan de slag gaat met het bouwen van een eigen taal. Na afloop gaat Marc van Oostendorp, hoogleraar Nederlandse en Academische Communicatie aan de Radboud Universiteit, met het tweetal in gesprek. ‘Ik ben vooral benieuwd hoe natuurlijk die talen voor henzelf worden,’ zegt Van Oostendorp. ‘Dromen ze in het Dothraki? Hebben ze een geheimtaal voor elkaar die ze alleen zelf spreken?’ Maar ook: hoe is het voor ze om bekende acteurs als Timothée Chalamet te zien die ‘hun’ taal uitspreken? ‘Ben je dan gefrustreerd als ze fouten maken in de uitspraak, of overheerst vooral de trots?’Zelf een taal bedenken hoeft niet moeilijk te zijn: ‘kijk maar naar kinderen van twaalf, dertien die in hun eigen kamertje hun eigen geheimtaal verzinnen’, legt Van Oostendorp uit. Maar wil je er een doordachte taal van maken, dan is er meer werk aan de winkel. ‘Er zijn eigenlijk drie ontstaansredenen die achter bedachte talen zitten. Ze worden ontwikkeld voor een stuk fictie, om internationale communicatie te verbeteren, of om logischer of anders te denken. Zodra je dat doel voor ogen hebt, vloeit er gelijk een heleboel uit voort. Een internationale taal moet bijvoorbeeld eenvoudig te leren zijn voor volwassenen, terwijl een taal voor een boek of tv-serie moet passen bij de buitenaardse wezens die de taal moeten spreken.’Bij het ontwikkelen van een nieuwe taal houden de Petersons bijvoorbeeld ook rekening met de achterliggende cultuur van het fictieve volk. Dat zie je bijvoorbeeld in de spreekstijl van de Dothraki, een volk van strijders die te paard rondreizen. Ze zeggen niet ‘Hoe gaat het vandaag?’ maar ‘Heb je een goede rit achter de rug?’ Dat is ‘hash yer dothrae chek asshekh?’ in het Dothraki, natuurlijk.EsperantoKunsttalen bestaan al eeuwen, maar de bekendste is waarschijnlijk Esperanto. Die taal, eind 19e eeuw bedacht door Lejer Zamenhof om ervoor te zorgen dat mensen uit alle landen één gemeenschappelijke taal kunnen spreken, wordt nog steeds door enkele honderdduizenden mensen gesproken. In de laatste eeuw zijn er heel wat bedachte talen gepopulariseerd: naast het werk van de Petersons kun je dan bijvoorbeeld denken aan de talen die Tolkien ontwikkelde voor de elven en hobbits van de Lord of the Rings-boeken. Maar ook aan het Klingon, dat door Marc Okrand is bedacht voor een ras van aliens uit Star Trek. ‘Die taal is zo populair, dat er inmiddels ook opera's zijn opgevoerd in het Klingon’, zegt Van Oostendorp. ‘Hamlet van Shakespeare is ook ‘terugvertaald’ naar het Klingon.’Maar wat is dan het verschil tussen Nederlands, Duits en een bedachte taal als Klingon? ‘Bij een ConLang kun je een beginpunt aanwijzen, een moment waarop het ontstaan is. Dat is met bijvoorbeeld Italiaans een stuk lastiger: dat is ontstaan uit het Latijn, en overal zijn vertakkingen, maar één punt van oorsprong is er niet.’ Toch is het in zekere zin ook een arbitraire scheidslijn, geeft Van Oostendorp aan: ‘Stel dat we nu zouden ontdekken dat het Nederlands in de 13e eeuw door een monnik bedacht is, verandert dat dan iets aan onze taal? Onze taal is dan in ieder geval doorontwikkeld en veranderd, net als de succesvollere ConLangs veranderen.’ Ook daar is Esperanto een goed voorbeeld van, legt Van Oostendorp uit. ‘Vlak voor Esperanto ontstond, was er het Volapük. De bedenker daarvan, Johann Martin Schleyer, positioneerde zichzelf als de paus van die taal en liet geen verandering toe zonder zijn toestemming.’ Inmiddels is Volapük bij vrijwel niemand bekend meer, terwijl het Esperanto ruim honderd jaar later nog een relatief grote aanhang heeft. ‘Het Esperanto is bedacht door Zamenhof, maar hij heeft zichzelf nooit tot baas van die taal bestempeld. Hij liet hem open en vrij voor alle sprekers, de auteur was volgens hem onbelangrijk.’SlangentaalDoor zelf een taal te bouwen, leer je ontzettend veel over hoe taal werkt, aldus Van Oostendorp. ‘Je beseft gelijk hoeveel er wel niet bij komt kijken. Met kinderen maakte ik een keer een taal voor slangen: dan begin je met nadenken over welke klanken slangen maken, maar ook over wat ze willen communiceren. Van klanken tot morfologie tot syntax en zinsbouw, alles vloeit voort uit een paar keuzes. David Peterson legt dat heel goed, stapsgewijs uit in zijn boek (‘The Art of Language Invention’, red.), en ik kijk er naar uit om in gesprek te gaan over hun proces.’De 'Big Ideas: How to create a language'-lezing met David en Jesse Peterson vindt op 15 maart van 19:30 tot 21:00 plaats in LUX, tijdens InScience. Tickets zijn nog te bestellen via de site van de organisatie. Het Inscience big Idea is door David en Jessie Peterson samen met Radboud Reflects georganiseerd. Contactinformatie Organisatieonderdeel Centre for Language Studies, Faculteit der Letteren