Mathematisch fysicus Klaas Landsman ontvangt de NWO-Spinozapremie 2022. Het is de hoogste onderscheiding in de Nederlandse wetenschap. Het geldbedrag dat hij ontvangt wil hij inzetten om dieper te duiken in vraagstukken over toeval, determinisme en emergentie. Tevens wil hij zorgen voor meer aandacht voor filosofie en geschiedenis in de opleiding tot eerstegraads wiskundedocent. ‘Niemand weet eigenlijk wat ik precies doe’, aldus Landsman als hij uitlegt waarom hij zo verrast was toen hij telefonisch van NWO-voorzitter Marcel Levi hoorde dat hij de Spinozapremie dit jaar ontvangt. ‘Tegen een natuurkundige vertel ik dat ik wiskunde en filosofie doe, tegen een filosoof zeg ik natuurkunde en wiskunde, en tegen een wiskundige natuurkunde en filosofie. Landsman promoveerde in 1989 aan de Universiteit van Amsterdam als theoretisch natuurkundige, maar heeft zich vervolgens in Cambridge en in Hamburg omgeschoold tot mathematisch fysicus en wiskundige. Rond 1990 raakte hij tevens geïnteresseerd in de geschiedenis en filosofie van de wiskunde en de natuurkunde. ‘De tijd in Cambridge, tussen 1989 en 1997, is voor mij allesbepalend geweest. Ze waren royaal, ik kon daar alles doen wat ik wilde. Ik ben me steeds meer af gaan vragen wat het betekent dat je de natuur in wiskundige formules kan vangen, en zo is in die jaren mijn wetenschappelijke profiel ontstaan. Met dat soort vragen ben ik nog steeds bezig.’ Newton, toeval en zwarte gaten Ook ontstond in Cambridge zijn fascinatie voor Isaac Newton. In 2005 schreef Landsman de schelmenroman ‘Requiem voor Newton’, waarin hij zijn eigen jaren in Cambridge verwerkte. Newton was, net als Landsman, breed geïnteresseerd in de wetenschap, en zelfs in theologie. ‘Ik hunker naar de tijd waarin Newton leefde, ik wil eigenlijk aan alle gebieden van wis- en natuurkunde en filosofie werken. Die weg zoek ik nog steeds, ik wil me niet extreem specialiseren.’ In 2018 publiceerde hij het publieksboek ‘Naar alle Onwaarschijnlijkheid’, een ode aan het toeval, waarvoor hij veel aandacht in de media kreeg. ‘Nadenken over toeval en determinisme en de rol van wiskunde daarin heeft mij sindsdien meer in de richting van zwarte gaten gebracht.’ Toen in 2019 de eerste afbeelding van het zwarte gat in M87 uitkwam, mede gemaakt door Heino Falcke, zijn collega bij het Institute for Mathematics, Astrophysics and Particle Physics (IMAPP) van de Radboud Universiteit, werd Landsman nog veel meer gegrepen door zwarte gaten. ‘Grote vragen over voorspelbaarheid, kenbaarheid van de natuur, rol van wiskunde: bij zwarte gaten komen die vraagstukken terug tot in het extreme. Je blijkt er ook veel filosofische vragen te hebben. Wat zegt de natuurkunde bijvoorbeeld over jou als je verdwijnt in de horizon van een zwart gat?’ Wiskundeonderwijs Er zijn wereldwijd maar weinig andere mensen zoals Landsman die natuur- en wiskunde vanuit filosofisch en historisch perspectief benaderen. ‘Bezig zijn met de grondslagen zie ik als een verheffende actie. Het geeft me een geluksgevoel om dingen beter te kunnen begrijpen. Vergelijk het met muziek maken.’ Maar het is niet alleen een kwestie van mooi, aldus Landsman. ‘De wiskundige basisideeën bepalen uiteindelijk welke kant we opgaan met technologieën, en zijn dus op die manier van grote invloed. Neem bijvoorbeeld Alan Turing en John von Neumann, dat waren oorspronkelijk logici. Zij begrepen de grondslagen van de wiskunde en daarom waren ze in staat om de eerste computers te bouwen. Ook de kwantumcomputer, mocht deze er komen, is een gevolg van grondslagendebatten over de kwantummechanica, zoals ooit begonnen tussen Albert Einstein en Niels Bohr.’ Landsman zou daarom ook graag meer filosofie en geschiedenis terug willen zien in het huidige wiskundeonderwijs. ‘Om wiskunde echt goed uit te kunnen leggen, moet je weten wat het is. Wat is waar, bestaat de perfecte cirkel of is het altijd een benadering? Om betere wiskundeleraren te krijgen, moeten we deze vragen meer gaan behandelen. Daarvoor wil ik een deel van het geld dat ik ontvang voor de Spinozapremie gaan inzetten.’ ‘Hier ben ik zelfs, in samenwerking met de Radboud Docenten Academie, al mee begonnen door hier college over te geven. We beginnen klein, met de studenten in onze eigen lerarenopleiding, en dan zien we wel verder. Ik droom ook van een deelproject waarin abstractie in wiskunde en beeldende kunst historisch en conceptueel met elkaar worden vergeleken.’ ‘Ik vind de Spinozapremie wel veel geld voor één persoon, zeker voor een theoreticus, waar ik eigenlijk helemaal geen voorstander van ben. Maar op deze manier kan ik zowel intellectueel als maatschappelijk goede en gewaagde bestedingen doen die anders niet zouden kunnen.’ Foto: Dan-Cristian Pădureț via Unsplash