De wereld echt duurzamer maken kan volgens het recente klimaatrapport alleen als de mensen hun leven anders gaan leiden. Maar hoe het roer om te gooien? Filosoof Ron Welters promoveert eind deze maand op een studie waarin hij het duursporten – in het bijzonder het wielrennen - inzet voor een betere wereld. ‘We moeten fietsen voor het leven.’Ron Welters vraagt in zijn studie aandacht voor al die duizenden duursporters die zich week in week uit in het zweet werken om…, tja: waarom eigenlijk? In de media, veelal louter gericht op topsport, krijgen deze sporters weinig aandacht, volgens Welters een gemiste kans. Hij wijst op een evenement als de Zevenheuvelenloop, waar Studio Sport stopt als de toppers over de meet zijn. ‘Terwijl juist in die hobbelende massa de mooiste verhalen schuil gaan.’Welters begrijpt de keuze van de media wel, omdat je de kijker de repetitieve gewoonheid van het duursporten niet kunt aandoen. Maar juist in dat herhaalde ritme schuilt wél een waarde, en die behelst niet de eindtijd of een nieuw record, maar de beoefening zélf. Daarmee wil Welters niet gezegd hebben dat de massa zonder streven is, of dat de duursporter geen gevecht aangaat. ‘Maar de sportijver is dan gericht op een overwinning op jezelf, niet op een ander.’Urenlange trainingsarbeidHet woord ‘ijver’ is een belangrijke pijler in Welters’ studie, die voortborduurt op het werk van de door hem gewaardeerde Duitse filosoof Peter Sloterdijk. In zijn Je moet je leven veranderen plaatst Sloterdijk de ascese centraal, lees in geval van het sporten: de uren- en urenlange training die de sporters zich getroosten, jaren vol te houden, alleen of in de groep, en altijd gericht op het in stand houden of beter maken van het uithoudingsvermogen.Wil trainingsarbeid zoden aan de dijk zetten, is het volgens Welters nodig ‘dat je het onderste uit de kan wilt halen’. Juist in de nadering van die grens in jezelf zit de verbinding naar de betere wereld, waarbij Welters het uit het Grieks stammende ‘metanoia’ van stal haalt. Moeilijk te vertalen, maar te begrijpen als 'een radicale ommekeer in het leven'. De trainingsarbeid van de sporter is dan te lezen als de wil om een niet duurzame levensstijl om te gooien. ‘De training voor de duursporter is voor de samenleving het hervinden van duurzame deugden’, zegt Welters.Klimmen op de EyserboswegDe titel van zijn werk ‘Cycling for Life’ slaat de brug tussen de persoonlijke voldoening om een col op te fietsen en de door klimaatvorsers gepreekte gedragsverandering. Welters zelf meandert in zijn werk tussen de persoonlijke ervaringen en de filosofische traktaten, waarbij hij de anekdotes niet schuwt. Het turbulente wielerleven van Gert-Jan Theunisse krijgt evenzo aandacht als zijn eigen eerste oefeningen in het bergbeklimmen in het dorp van zijn jeugd, de Eyserbosweg in het Limburgse Eys.Gert-Jan Theunisse wordt gememoreerd omdat hij een illustratie is van de door Welters geprezen sportbeleving. Theunisse won weliswaar de belangrijkste etappe in de Tour de France in 1989, plus het bergklassement, maar hij vocht meer een wedstrijd uit met zichzelf dan met zijn tegenstanders. Volgens kenners had Theunisse ’s wereld belangrijkste wielerwedstrijd zelfs kunnen winnen bij een wat ‘rationeler’ manier van koersen.Met de tragiek van Theunisse – zijn (sport)leven is een aaneenschakeling van vallen en opstaan, belicht Welters de meerwaarde van de levensstijl van de duursporter: veel willen investeren voor weinig directe opbrengst. ‘Dat zouden meer mensen moeten doen, daar wordt de wereld niet slechter van.’ Pak de fiets en bestijg de berg die in jouw vermogen ligt, aldus zijn pleidooi. Of dat nu de Nijmeegse Oude Holleweg is of de Mont Ventoux. De filosoof is zelf een fervent wielrenner en onderstreept de woorden uit De Renner, de onvolprezen wielerklassieker van Tim Krabbé: “Niet fietsers. De leegheid van die levens schokt mij.”Dinsdag 30 oktober, 16.30, aula Radboud Universiteit | Promotie Ron Welters | Cycling for Life: Towards a Sustainable Philosophy of Endurance Sport