Het belooft een traditie te worden: in de aanloop naar de verkiezingen trakteert parlementair historicus en Amerikanist Peter van der Heiden het publiek op een sappig inkijkje in het leven van de presidenten. Deze maand verschijnt zijn boek over hun pensioenjaren. Ga er maar aan staan: de ene dag de machtigste man van de wereld, de volgende dag ambteloos burger. Met vlotte pen leidt Peter van der Heiden ons door de levens van de inmiddels 46 Amerikaanse presidenten, anekdotiek van niveau, maar zonder wetenschappelijke pretenties. ‘Ik heb niet de ambitie iets nieuws bloot te leggen. Dat kan ook bijna niet, want al die levens zijn al uitvoerig beschreven.’ Hij haalt de vierdelige biografie van Robert A. Caro uit zijn kast: vier dikke pillen over Lyndon Johnson, president tussen 1963 en 1969. En er komt meer. ‘In het vierde deel is het presidentschap net begonnen. Het zou wel heel veel studie vergen om over dit leven nog iets nieuws naar boven te halen.’ In zijn nawoord probeert Van der Heiden uit de 46 levensschetsen een paar rode draden te spinnen, al zijn de lijnen heel moeilijk te trekken: zoveel verschillende tijden en verschillende karakters, zoveel verschillende uitdagingen. Toch ziet de auteur in de jaren van pensioen een gelijkgestemde inzet, zo besluit hij zijn boek: ‘Vrijwel altijd is er ook de zorg om het presidentiële imago: kom ik wel goed in de geschiedenisboekjes terecht?’Zorg om nalatenschapDe zorg om dat nalatenschap kan vele vormen aannemen, zo blijkt. Populair zijn de lezingen en boeken waarmee presidenten de beeldvorming proberen te bespelen – en hiermee steeds vaker ook miljoencontracten binnenslepen. Soms met groot succes, zo beschrijft Van der Heiden de succesvolle comeback van Nixon, de president die in 1974 smadelijk het veld moest ruimen na een mislukte oorlog in Vietnam en het door hem ontketende Watergateschandaal. De man kon schrijven, en een reeks van liefst negen boeken brachten hem het gehoopte eerherstel. ‘Niet langer was hij alleen maar de gevallen president, maar hij was een wijze, oude staatsman geworden’, noteert Van der Heiden.Het oppoetsen van het blazoen blijkt een belangrijke drijfveer voor veel presidenten, soms gelukt – zoals door Nixon, maar even vaak vruchteloos. Van der Heiden noemt het een gemis dat onder de vele nalatenschappen zo weinig echte memoires zijn nagelaten. Bush – de zoon van – is een uitzondering, die in zijn nagelaten werk nauwkeurig uit de doeken doet hoe hij tot zijn beslissingen is gekomen. ‘Dat zou een plicht moeten zijn voor elke ex-politicus: verantwoording afleggen over je daden.’Opgepoetst imagoDe een doet het met boeken, de ander met charitatieve of diplomatieke inspanning, of een combinatie van beide. Carter, een wat kleurloze president (1977-1981), is hier het schoolvoorbeeld, die met zijn ‘Carter Centre’ in thuisstaat Georgia betere geschiedenis wist te schrijven dan als president. ‘Hij heeft twee dodelijke ziektes de wereld uit geholpen’, zo wijst Van der Heiden op zijn inzet om de guinaeworm en de rivierblindheid zo goed als uit te bannen. ‘Carter heeft honderdduizenden levens gered, anders dan veel presidenten die alleen maar levens hebben gekost.’Vanuit democratisch oogpunt zijn aan de inzet in de pensioenjaren wel kritische kanttekeningen te plaatsen, aldus Van der Heiden. Menigeen begeeft zich gevraagd of ongevraagd op de paden van hun opvolgers. ‘Ik vind het mooi als mensen durven te zeggen “mijn tijd is geweest”, ik treed terug zoals het ook de bedoeling is. Je moet jezelf goed in de klauwen zien te houden.’ First LosersDe president die hem het meeste fascineert is Lyndon Johnson, juist vanwege zijn radicale terugtreden: hij schreef wel wat boeken – ‘helaas persoonsverheerlijking’ -, maar de grote liefde in zijn pensioenjaren ging uit naar zijn familie, en naar zijn ranch in zijn thuisstaat Texas. “Het enige dat ze niet van me kunnen afpakken: mijn land”, aldus een citaat van Johnson. Van der Heiden: ‘Ook mooi: meteen na terugtreden ging hij weer paffen, twee pakjes per dag. Hij wilde genieten van alle geneugtes van het leven.’ Maar lang heeft zijn leven als ex-president niet geduurd: Johnson, toch al zwak van hart (een familiekwaal) overleed in 1973, vier jaar na het ingaan van zijn pensioen. Heeft Van der Heiden met dit boek een traditie ingezet? In de aanloop naar de vorige verkiezingen in 2020 verscheen van zijn hand Weirdo’s in het Witte Huis, nu dus een bloemlezing van pensioenjaren. What’s next? Ideeën zijn er genoeg, zo blijkt. Wellicht een boek over alle wegen die naar het Witte Huis hebben geleid. ‘Ik denk ook na over een boek over alle net-niet-presidenten.’ Een titel heeft hij al: First Losers.Peter van der Heiden | Weg uit het Witte Huis, presidenten met pensioen | Boom, AmsterdamDit is deel 1 een serie artikelen op Radboud Recharge in de aanloop naar de Amerikaanse verkiezingen in november. Foto via Wikimedia Commons