Veen is fascinerend. Het bestaat uit oude planten en dieren die heel langzaam afbreken en is supernat. Hoewel veengebieden slechts 3% van het land op aarde uitmaken, houden ze 30% van de koolstof vast. Maar soms leggen mensen veengebieden droog en graven ze veen op, waardoor de koolstof ontsnapt, in de atmosfeer terechtkomt en bijdraagt aan de opwarming van onze planeet. Gelukkig kunnen we de boel nog terugdraaien. We kunnen water terug de veengebieden inleiden en ze zo weer tot leven brengen, zodat ze weer koolstof kunnen opslaan. Sphagnum - de Latijnse naam voor veenmos - kan dit als geen ander! Een Engelstalige (en iets uitgebreidere) versie van dit artikel verscheen eerder op Frontiers for Young Minds, een platform waarop wetenschappers hun onderzoek uitleggen aan kinderen. Het artikel is o.a. geschreven door ecoloog Gabrielle Rabelo Quadra van de Radboud Universiteit. Veengebieden kunnen supergoed koolstof opslaan Veengebieden kunnen verborgen liggen onder bossen, graslanden of moerassen, of in het zicht liggen als open, boomloze gebieden. Ze bestaan uit sponsachtig spul dat turf wordt genoemd. Veen wordt in de loop van vele jaren (zelfs duizenden) gevormd uit de resten van dode planten en dieren. Veengebieden bevatten niet veel zuurstof – en zuurstof is nodig voor het rottingsproces – dus de dode planten en dieren stapelen zich sneller op dan ze kunnen worden afgebroken. Hierdoor ontstaan veenlagen die superdik kunnen zijn, soms zelfs meer dan 10 meter!Ondanks het feit dat veengebieden slechts ongeveer 3% van het aardoppervlak bedekken, zijn het meesters in het opslaan van koolstof. Ze houden een enorme hoeveelheid koolstof vast - ongeveer 550 biljoen ton: dat is twee keer zo veel als alle bossen ter wereld bij elkaar. Veen houdt daarmee ongeveer 30% van de wereldwijde hoeveelheid koolstof vast. Dat komt zo: planten nemen koolstofdioxide op uit de lucht en slaan dit op in hun vezels. Omdat veengebieden vochtig zijn en planten langzaam afbreken, blijft de koolstof in de plant zitten en ontsnapt het niet. Hierdoor kan de koolstof ook niet bijdragen aan de opwarming van de aarde. Maar veengebieden doen meer dan alleen koolstof opslaan - ze helpen ook bij het zuiveren van water en bieden een fijn thuis aan bijzondere wezens, zoals kraanvogels, slangen en zelfs vleesetende planten.Mensen veroorzaken problemen voor deze gebieden. Wanneer we veengebieden uitdrogen voor bijvoorbeeld landbouw, worden de plantenresten sneller afgebroken en komt de koolstofdioxide vrij in de atmosfeer. Koolstofdioxide is een broeikasgas en broeikasgassen in de atmosfeer maken de aarde heter, wat leidt tot problemen zoals natuurbranden en vervuiling. Als veengebieden worden drooggelegd, verdwijnt het water en lijdt ook de biodiversiteit daaronder - veel unieke planten en dieren die afhankelijk zijn van natte omstandigheden kunnen na het droogleggen niet overleven. We moeten daarom dus onze veengebieden beschermen, koolstof opgesloten houden en onze planeet veilig houden.Hier is de superster: sphagnumHeb je ooit gehoord van veenmos, ook bekend onder de Latijnse naam sphagnum? Dit mos is de superster van veengebieden. Hoewel er ook andere mossen in veengebieden leven, zoals hypnum en polytrichum, maken de unieke eigenschappen van sphagnum de belangrijkste ster in veengebieden, vooral als ze ver van de evenaar liggen. Sphagnum is als een krachtige spons die veel water kan opzuigen. Mossen verlagen de zuurtegraad (pH) van het water om hen heen, waardoor het afsterven van dode planten en dieren verder wordt vertraagd. Ze kunnen goed overleven op plekken met weinig voedsel, omdat ze een soort voedselrovers zijn – ze grijpen alles wat op hun pad komt. Dit maakt het moeilijk voor andere planten om naast sphagnum te leven. Hierdoor krijgt sphagnum lekker veel ruimte met als gevolg: veengebieden vol pluizige sphagnum-tapijten.Veengebieden helpenOmdat kapotgemaakte veengebieden veel koolstof loslaten in de atmosfeer, werken onderzoekers en overheden er hard aan veengebieden weer gezond te krijgen. Eén idee is om weer water aan de gebieden toe te voegen, een proces dat opnieuw bevochtigen wordt genoemd. Maar ook al is het opnieuw bevochtigen van het land goed voor de natuur, het is niet zo goed voor boeren die het land gebruiken om gewassen te verbouwen. We hebben dus een oplossing nodig die voor iedereen werkt.En wie kan daarbij helpen? Sphagnum! Dat mos kan gebruikt worden bij een nieuwe ontdekking: paludicultuur. Dat betekent dat je planten zoals sphagnum kweekt op veen dat weer nat is gemaakt. Investeren in paludicultuur met sphagnum levert veel voordelen op. Niet alleen kan het geld opleveren, omdat sphagnum ook verkocht kan worden als voedingsbodem voor het kweken van planten, maar het kan ook worden gebruikt voor verbranding om brandstof en warmte op te wekken, of ter decoratie, en zelfs om afvalwater te zuiveren!Onze onderzoeksgroep probeert te ontdekken welke sphagnum het beste is voor paludicultuur. We moeten nog veel leren. Sommige sphagnumsoorten groeien bijvoorbeeld snel, terwijl andere langzaam groeien, maar beter bestand zijn tegen klimaatveranderingen. Welke is beter? We proberen er ook achter te komen hoe we het land geschikt kunnen maken voor sphagnum. Zo willen we weten hoe nat het land moet zijn als we er sphagnum op willen laten groeien. En we willen weten hoe sphagnum het snelst groeit.Tot slot moeten we uitvinden hoe we mensen kunnen vertellen over de voordelen van het kweken van sphagnum. Dit is erg belangrijk omdat nog steeds veel boeren tegen dit nieuwe idee zijn. Soms hebben boeren niet genoeg geld om nieuwe manieren van landbouw te proberen, of het weer of de regels op sommige plaatsen maken het moeilijk om sphagnum te verbouwen. En soms weten boeren gewoon niet genoeg over sphagnum of willen ze liever niet veranderen. We werken hard om de veengebieden te helpen, want daarmee helpen we uiteindelijk onze planeet! Contactinformatie Organisatieonderdeel Radboud Institute for Biological and Environmental Sciences, Faculteit der Natuurwetenschappen, Wiskunde en Informatica, Ecology